Transport 19 20 juli 1943 Westerbork – Sobibor, 1988 personen geen overlevenden.

Op dinsdag 29 juli 1943 vertrok een trein vanuit Westerbork naar Sobibor. Mijn opa en oma zaten in deze trein.

Mijn opa Henri Haagens geboren op 30 maart 1900 te Middelharnis was voorzitter van M.S.V.V. Middelharnis. De plaatselijk voetbalvereniging in Middelharnis. Mijn oma heette Margaretha Haagens – Roos en was geboren op 6 maart 1907.

Mijn opa en oma zijn getrouwd op 29 september 1932 in Middelharnis. Op dezelfde dag trouwen ook de zus van Margaretha, Annie en de broer van Henri, Lion.

Henri had samen met zijn broers Bernhard en Lion een manufacturierswinkel in Middelharnis. Oma Margaretha werkt als coupeuse in de winkel. Henri komt uit een gezin met 9 kinderen. 3 zussen en 6 broers. Dit gezin woont al langere tijd op Goeree – Overflakkee. Margaretha komt uit een gezin van 11 kinderen. 4 zussen en 7 broers. 2 broertjes zullen al snel na hun geboorte overlijden. De familie van Margaretha komt uit de buurt van Staphorst.

Henri Haagens was lid van de Joodse raad en heeft zich ongetwijfeld ingezet voor de gedwongen verhuizing van de Flakkesse Joden vanuit Middelharnis naar Amsterdam. Voor de oorlog woonden er 63 Joden op het eiland. Slechts 6 van hen waaronder mijn moeder en haar broertje zullen de oorlog overleven.

Mijn moeder Clara Amalia wordt geboren op 28 mei 1934 en haar broertje Henk Benjamin zal geboren worden in 1938. Mijn opa en oma verhuizen waarschijnlijk in januari 1943 naar Amsterdam. Zij krijgen een woning toegewezen op de Hofmeyerstraat 2, 2 hoog.

Van mijn moeder en haar broertje wordt ergens eind maart een foto gemaakt. De tekst op de achterkant geschreven door mijn opa is fascinerend.

Dit zijn Clara en Henk Haagens.
Geboren in Middelharnis
Voor mijn verjaardag op 30 maart 1943

Het klinkt alsof mijn opa een boodschap achter heeft willen laten.

Mijn opa en oma voelen zich zo bedreigd dat zij het moedige besluit nemen om hun kinderen mee te geven voor onderduik aan een wildvreemde. Waarschijnlijk heeft Esmee van Eeghen mijn moeder en haar broertje naar Friesland gebracht waar zij in onderduik de oorlog zullen overleven.

Hoe het precies gegaan is met mijn moeder kunt u lezen in het boekje: mijn moeder het bonuskind. Te bestellen op mijnmoederhetbonuskind@gmail.com

Mijn opa en oma besluiten om onder te duiken. Het vermoeden is dat dit gebeurt bij de bovenburen, de familie van Deventer. Daar worden zij verraden en opgehaald door de SD op 17 juli 1943. In Westerbork worden zij geplaatst in barak 62. Omdat zij opgepakte onderduikers zijn worden zij al op 20 juli 1943 op transport gezet naar Sobibor. Bij aankomst op 23 juli 1943 worden zij direct vergast.

Bron:
Jolanda van Rij